Met een woest gezicht richtte het meisje zich tot hem waarna ze naar het boek op de grond keek. “Natuurlijk het is een rot vak met nog ergere Docenten!" Erik lachte kort. ’Dat zal je leerkracht niet graag horen’ zei hij zacht lachend. Het meisje keek over het schoolplein en zuchtte diep. Erik zag hoe ze naar het bos keek. ’Je houdt van het bos, nietwaar?’ het had eerder als een vaststelling dan als een vraag geklonken. Erik keek ook naar het heldere groen en bruin van de bomen. Ze deden hem denken aan thuis. Zijn eerste thuis. Zweden. Hij hield van de koude en de dieren daar, maar hij was hier nodig en hier was het ook prachtig. Hij keek Layra aan. Haar accent was hem al van in het begin op gevallen. Zelf had hij geen al te zwaar Zweeds accent, maar het was vaak maar al te duidelijk te horen. Niet dat hij dat erg vond. ’Heb je lang in Zweden gewoond?’ vroeg hij, nog steeds naar het bos kijkend. Hij vroeg het zich af. Toen hij haar vond woonde ze in Nederland, maar het was niet moeilijk om te horen dat ze uit Zweden kwam.